Tuesday, May 25, 2010
Dag 9. - 18 juli - Prades - Argeles (finish)
Dagverslag
Laatste dag. Eigenlijk waren we gisteren al een beetje in feeststemming. Heerlijk gegeten in een restaurantje in Prades. De dame van het restaurant lachte de hele avond en je kon echt zien dat ze plezier had. Een extra lekker flesje wijn gekozen. Kortom, alvast een klein feestje.
Maar er moesten natuurlijk nog steeds 100km worden afgelegd. Eerst 7km over een grote N-weg. Lekker omlaag maar niet echt fijn fietsen met al het verkeer. We waren dan ook blij toen we rechtsaf konden slaan, al was dat wel in de richting van de laatste bergen van onze tocht. Deze keer niet zo steil. Het was wel erg lang, maar dat maakte niet zoveel uit. Het landschap was nu echt Mediterraans geworden: droog en dor. En de temperatuur liep ook in de ochtend al behoorlijk op. De twee liter water die we allemaal bij ons hadden waren hard nodig. Boven op de top van deze Col de Palomère werden nog wat sprintjes ingezet. Theo kwam zelfs tot de 30km/u in zijn laatste meters.
Vanuit de top was het nog 70km naar ons eindpunt, Argelès-sur-Mer. We besloten nog even door te rijden en bij de lunch de meiden te bellen dat we eraan kwamen. Maar van de 70km die we nog te gaan hadden waren er 50 omlaag, dus ging het erg snel. Bovendien konden we nergens een plekje vinden om te lunchen. wel reden we door een schitterend landschap. Al hobbelend over slechte wegen reden we de laatste kilometers tussen de fruitbomen door: perziken, abrikozen, pruimen enzovoort.
Om 14.00u hebben we maar besloten om door te rijden en belden we dat we er binnen een uurtje zouden zijn. En ja hoor... om drie uur reden we op zoek naar de ingang van het haventje voorbij een pleintje waar ineens een gejoel opging. De kinderen en meisjes kwamen aangerend om ons te verwelkomen. Erg fijn!
Eerst nog symbolisch het water dat we uit de Atlantische Oceaan hadden meegenomen in de Middellandse Zee gekieperd en daarna met zijn allen op het terras een biertje en een broodje. Voor de laatste 3km naar de camping kropen we nog even op de fiets. Dat viel nog even tegen met drie biertjes in de benen. Maar ja, na al die dagen wil je de 800km toch niet op twee laten zitten. Die moeten vol!
Zo zaten we dus na 800km en meer dan 15.000 hoogtemeters lekker met onze gezinnen aan de BBQ. En de (sterke) verhalen gingen nog tot laat over tafel...
Verslag Michel
Laatste dag. Bij het ontbijt discussieren we een beetje over de zwaarte van onze enige col van vandaag. Hoe erg kan die nou zijn in vergelijking met de laatste dagen? Tja, lastig te zeggen, maar we durven de rit ook niet te onderschatten. Ondertussen doen we eerst nog even het ontbijt. Deze zit ook weer boven het gemiddelde van de afgelopen ontbijtjes.
Toch ook wel een soort van raar, vandaag is niet alleen de laatste rit, maar dat geldt dus ook voor het ontbijt, de klim vandaag en vast nog meer. Bijvoorbeeld, voor het laatst de flesjes vullen. Nou ja, dat doen we vandaag vast nog wel een keer. Dag Ierse meneer van de chambre d'hote, wij gaan er weer vandoor. In het stadje moeten we eerst nog even de weg zoeken. Het lukt namelijk niet met Theo zijn fietstomtom. Voor de navigatie hadden we daar halverwege de week al afscheid van genomen toen bleek dat Theo het geheugenkaartje met de laatste ritten niet had meegenomen. Hier hadden we deze wel nodig gehad want als we de borden 'centre ville' volgen moeten we eerst naar de ene kant om later weer terug gestuurd te worden langs precies hetzelfde punt. Nu komen we er ook achter dat er nog een weg links naar het centrum was, voor de weg die wij namen. Blijkt toch wel lastig, dat Engels. Nu komen we op een plein waar een markt wordt opgebouwd en hier zitten duidelijk meer eettentjes. Dus... nou ja, evengoed lekker gegeten gisteravond. Als we de markt oversteken komen we achter een bestelbusje vast te zitten. Heb ik gelijk even tijd om ergens aan te prutsen, want er zit iets niet helemaal lekker. Zodra ik weer oplet blijken Theo en Bas het busje alweer gepasseerd te zijn, snel stuntel ik er ook langs. Eenmaal voorbij het busje kom ik op een kruising waar ik moet gokken want ik zie ze niet meer. Ik kies voor de weg naar rechts en sla nog een hoek om en haal opgelucht adem als ik ze in de verte een ander bocht om zie gaan. Even aanzetten en ik ben weer bij. Nog voor ze doorhadden dat ik weg was lijkt het wel.
De eerste kilometers buiten het stadje rijden we langs een drukke weg met links en rechts fruitbomen. Maar ja, dat verkeer he. Het wordt vandaag al weer snel behoorlijk warm en dat merken we helemaal goed als we al snel rechtsaf slaan...het dorre droge land in. Door de droogte is de warmte nog nadrukkelijker aanwezig. We moeten goed drinken. Met de eerste dag in mijn geheugen bekijk ik het vieze waterstroompje naast de weg. Daar moeten we het niet van hebben. Richting de Col de Palomere doen we rustig aan, we hebben geen haast. Het begin van de klim is goed te doen, we draaien mooi mee langs de rotswand. Aan de andere kant een begroeide berg met daartussen een riviertje die langzaamaan steeds dieper komt te liggen. Het valt mee met de steilte en ik fiets samen met Bas omhoog. We spreken af in het eerste dorpje te rusten en te wachten op Theo. Voor we daar zijn rijden we nog langs een dooie hond (of vos) langs de weg. Helaas hebben we de wind in de rug waardoor we nog even vergezeld blijven van de stank. Verderop passeren we ook nog een pijp in de rotswand die blijkbaar zorgt voor de lokale drinkwaterbehoefte omdat er een man twee grote waterflessen staat te vullen op een nonchalante wijze alsof hij en die flessen hiervoor gemaakt zijn.
Eenmaal in het tweede dorpje wachten en rusten we weer even, net als de temperatuur is het stijgingspercentage ook gestegen. Vanaf hier is het nog een beetje stijgen en wat minder dalen voordat we bij de top zijn. Eerst lijkt het of we aan de loop van de telefoondraden kunnen zien hoe de weg loopt, maar gelukkig is dat niet zo. Ik zou namelijk niet weten hoe ik een muur op zou moeten fietsen. De laatste 500 meter zijn bijna vlak te noemen en ik zet nog even flink aan. Theo blijkt er even later precies hetzelfde over te denken en rijdt gewoon (!) met 30km/h naar de top. De klasbak. Vanaf hier is het vooral dalen. De eerste kilometer ligt er veel grind op de weg waardoor de snelheid er goed uit wordt gehaald. Daarbij goed opletten en op tijd remmen. Af en toe stijgt de weg weer een beetje en op die manier blijken we nog een paar colletjes te kunnen bijschrijven op onze palmares.
Zo rond een uur of één, met het theoretisch zwaarste gedeelte achter ons gaan we op zoek naar een restaurantje. Hopeloos in deze bergdorpjes. Er zit niets of het is gesloten op een mooie zomerzondagmiddag. Met nog maar 30 kilometer te gaan bellen we de meisjes. Bas had afgesproken dat hij zou bellen tijdens onze lunch, maar dan moet er wel wat te eten te vinden zijn. We besluiten in een keer door te rijden naar de haven van Argeles om daar te gaan eten en we zouden het leuk vinden als onze meisjes daar ook bij zijn. De bergen hebben we nu wel echt achter ons gelaten en zien we alleen nog maar op afstand. Hierdoor is de fietsrit ook gelijk van karakter veranderd. In plaats van col tot col te rijden, rijden we nu langs een grote weg van dorp tot dorp. Hierbij ergens ook nog eens verdwalen omdat er alleen maar 1-richting verkeer is en onze richting niet aangegeven staat op de borden. Geïrriteerd komen we hier ook wel weer uit, maar het schuurt wel.
Met Judith en de kinders binnen handbereik voel ik mij fitter dan ooit. En als een uitgelaten jonge hond wil ik elke keer ons treintje op sleeptouw nemen. Pas doorhebbend dat ik te snel de kop overneem als er al weer een te groot gat tussen ons in zit. Sorry jongens, dat kop overnemen doe ik niet zo vaak de laatste tijd. En ik vind het verkeer hier een beetje te eng om lang met zijn tweeën naast elkaar te rijden. En ik wil een beetje opschieten. Met Argeles op de borden voel ik al helemaal geen moeheid meer en we knallen zo richting het centrum, bekend terrein. Maar waar is de haven? Als we langs een bord flitsen bij het verlaten van een rotonde, ziet Theo uit zijn ooghoek de haven aangegeven staan. Stoppen en keren. Daarbij nog bijna overhoop gereden worden door een Fransoos. Opletten en rijden.
Met een typisch pittoresk vissershaventje in gedachten ben ik een beetje teleurgesteld als we op een jachthaven afrijden. Helemaal zo'n hypermoderne met van die bebouwing om de haven heen waardoor van buiten de hele haven eruit ziet als de achterkant van een winkelcentrum. Inclusief parkeerplaatsen. Op zoek naar de ingang ziet Bas ineens zijn auto staan en hoort bijna gelijk bekende stemmen. Daar zijn ze. Nikki komt op me af gerend en laat me de eerste uren niet meer los. Ik mag nog net Judith even een knuffel geven, die ik toch ook wel heel erg gemist heb, daarna voel ik een kleine meisjeshand mijn hoofd weer omdraaien richting Nikki. Sepp is wat minder in zijn hum maar stiekem zie ik toch wel dat hij het ook leuk vindt om me weer te zien. Theo wordt ook lekker met een dikke knuffel van Nel ontvangen, net als Bast geknuffeld wordt door Susan en Wout. En ja, dan is het tijd voor het ceremoniële gedeelte. Met een korte toespraak vermengd Theo de Middellandse Zee met water uit de Atlantische Oceaan na een 800km. mooie fietstocht met elke dag weer een ander mooi uitzicht. Biertje graag!
Soundtrack laatste dag:
The Ting Tings met 'That's not my name', overgaand in de 'Word Up' cover van Gun.
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
Mannen, respect voor de mooie prestatie! Erg leuk ook om jullie blog te lezen. Geniet van jullie welverdiende vakantie!
ReplyDeleteGroetjes,
Hillmee en Dave